Ja, ik schreef laatst mijn ergernissen van me af onder de kop Zo dus niet, overheid. Ik kreeg veel bijval vanuit de hele wereld. Deed me goed. En het stuk schrijven maakte me rustig. Inmiddels ben ik wel gekalmeerd. Het is maar bureaucratie. Ze bedoelen het niet zo. En als je een afspraak maakt voor het regelen van een reisdocument, dan zijn de ambtenaren wel wat stijfjes of zelfs horkerig, maar ze doen wat ze moeten doen. Niet te snel, maar ze doen het. We konden het document na een week ophalen, zei de mevrouw achter de balie.
In de tijd tussen aanvragen en ophalen van het document las ik een aantal artikelen op internet en in de krant. Die gingen over de zeer grote communicatieafdeling van mijn stad. Even voor de duidelijkheid: ik heb ooit, 13 jaar geleden, als interimmer (senior consultant communicatie, zoals dat opschepperig heette) bij een dienst van de stad Amsterdam gewerkt. Ik weet enigszins wat voor communicatievlees de stad in de kuip heeft, aannemende dat er in 13 jaar niets of weinig is veranderd.
Nu was ik een week geleden wel tamelijk verbaasd dat, toen wij het paspoort gingen aanvragen en al was gebleken dat de brief (met de oproep een bijna verlopen reisdocument te verlengen) zo volstrekt onvolledig was, zo veel communicatiemedewerkers niet in staat zijn even een brief te formuleren waarin alles staat waar je je aan hebt te houden als je een paspoort voor een kind wilt verlengen. Wat je mee moet nemen, maar ook dat je na 15.00 niet zomaar even langs kunt komen. Ik zou denken dat in een tijd dat de overheid van alles doet om vrijheden in te perken, om zaken helemaal in de hand te houden, je toch meer je best zou doen om duidelijkheid te scheppen.
Maar ik was blij dat we een week na de aanvraag zomaar langs konden komen om het document op te halen. Want meer was het niet. Oude paspoort terug naar de gemeente, nieuwe mee naar huis. Goedgemutst wandelden wij het megalomane stadsdeelgebouw van de wijk binnen.
En daar stonden ze weer. De mannen met de V op het slecht zittende colbertje dat ontworpen is in een zeer donkere ruimte en gemaakt is van plantenvezels. Wat ik kwam doen? Nou, niets meer dan een paspoort ophalen, dat kon vandaag.
Heeft u een afspraak?
Ik begon te grijnzen. Best leuk zo’n stukje cabaret. Ik: nee hoor, we hoeven alleen maar een verlengd paspoort op te halen. Jahaa, dat gaat dus niet, u moet ook dan een afspraak maken. Het is immers na 3 uur. Oh ja, dacht ik, dan zitten de meesten al aan de prosecco. Het feit dat mijn zoon naar school moet en niet voor 15.00 spontaan mee naar de Kasteel Stadsdeel kan, liet ik even over mijn tong rollen, maar dat was het punt niet. Ik heb niet gehoord van de hardwerkende ambtenaar dat ik voor een 5 minuten durend contactmoment een uitgebreid formulier op internet moest invullen (dat invullen duurt langer dan 5 minuten).
Uit alles bleek dat ik het paspoort, waar al voor betaald is, niet zomaar op kon halen.
Ik kon het niet wegdrukken; ik werd giftig. ZEG HET DAN GODVERDOMME. Als ik er ben een week eerder, en ik sta aan je balie, zeg dan dat ik niet zomaar een week later kan komen om het document op te halen. Wat mijn makke is: ik kan ambtenaren en V-mannen niet duidelijk maken dat het raar is ook voor zoiets oetlulligs een hoop tijd te moeten inruimen. Eerst een afspraak maken via het onnodig gecompliceerde ICT-systeem, dan naar het stadsdeelkantoor, en dan maar zien of ik daar ook nog een half uur moet wachten (let wel, als je afspraak maakt, word je niet precies op die tijd geholpen).
Ik kan wel fluisteren, zeggen, roepen, schreeuwen, ‘Jullie ambtenaren zijn er voor ons. De burger is er niet voor de ambtenaar. Dus loop maar wat harder en in mijn richting als ik iets wil.’, maar de meesten ambtenaren heetten Dovemans. Let wel: het gaat om iets eenvoudigs als een paspoort ophalen.
En het allerergste: je hebt een overdaad aan communicatyfusleijers (excuus voor het misbruik van de ziekte tyfys) in huis en nog ben je niet in staat om even een stukje communicatie naar de burger goed door te zetten.
Vier middagen verspild. Wat een kapitaalvernietiging. En weer is de kloof tussen overheid en mij een stuk groter geworden.
© Rick Ruhland 2015